De bewogen historie van Turfmarkt 23 (19-25), Gouda
Het oude historische Gouda kent al sinds de 16e eeuw een religieuze bestemming op het huidige adres Turfmarkt 19-25. Na de Collatiebroeders wordt het een Doopsgezinde Gemeente en vanaf 1823 is het eigendom van de Goudse Israëlitische Gemeente. Nadat het vervallen gebouw is afgebroken, wordt op 14-9-1827 de nieuwe synagoge geopend. Er komt een synagoge, (de sjoel/leerhuis), en een mikwe (ritueel reinigingsbad). Een eeuw later wordt de Joodse school vermeld, die tot 1943 heeft bestaan. Honderd jaar na de opening wordt een grote restauratie uitgevoerd en wordt de synagoge op het eeuwfeest op 9-9-1927 heropend.
De gemeente is een orthodoxe gemeente, waardoor vele Joden in de omgeving van de synagoge woonden. De koshere bakker en slager zaten in de Lange Groenendaal. De ‘koster’ woonde op Turfmarkt 19 en de voorganger op nr. 25.
Het aantal geregistreerde Goudse Joden bedraagt op het hoogtepunt in 1899 uit 413 personen.
In 1930 is dit aantal geslonken tot 232. Tijdens de oorlog komen vele gevluchte Joden naar Gouda, waardoor het tot 513 groeit….
Slechts 35 Joden keren uit de oorlog terug. Het gebouw van de synagoge is dan geheel verwoest en geplunderd. Al het houtwerk is als brandhout gebruikt. De weinige Joden zijn niet in staat om dit te herstellen; de Joodse gemeente is verdwenen. Het enige complete, teruggekeerde gezin Cats heeft tijdelijk tussen de puinhopen gebivakkeerd en daarna, tot de verkoop, in het woonhuis op nummer 25 gewoond.
In 1950 worden alle panden van de Turfmarkt 19-25 aan de Vrije Evangelische Gemeente Gouda verkocht. De verkoop verloopt via de Joodse Gemeente Rotterdam. De naam van de synagoge mag niet meer zichtbaar zijn. De vrouwengalerij en –uitgang mogen wel blijven bestaan. De opbouw en herstel gaan beginnen en zullen in de volgende decennia steeds verder worden doorgevoerd. In 1960 wordt een kerkorgel geplaatst, waardoor 3 ramen moeten wijken. Wie goed kijkt, zal toch het aantal van 12 ramen, behorend bij een synagoge, kunnen herkennen.
De kerk vertoont in de loop der jaren steeds meer mankementen en is opnieuw aan een restauratie toe. In 2004 is deze uitgevoerd en daarmee heeft het gebouw en het interieur een grondige verandering ondergaan.
Ondertussen speelde zich een heel andere ontwikkeling af: de Joodse historie gaat herleven!
In 1994 richt werkgroep Tsedaka uit Gouda een verzoek aan de Vrije Evangelische Gemeente om medewerking te verlenen aan de realisatie van een herinneringsplaquette op de voormalige synagoge. Dit komt inderdaad tot stand, waarop een intensieve samenwerking ontstaat.
Ralph Prins wordt als ontwerper en beeldend kunstenaar gevraagd. Hij heeft het Goudse stadswapen als basis gebruikt: één van de zes sterren is uit het wapen gescheurd en boven het tekstgedeelte geplaatst. De tekst staat bewust in het Hebreeuws en Nederlands geschreven, opdat voor internationale (Joodse) bezoekers herkenbaar is wat het Joodse verleden van dit gebouw was. In de loop van de tijd komen veel buitenlandse bezoekers voor deze herinneringsplaquette naar Gouda.
Tijdens de onthulling op 9-9-1997, exact 70 jaar na de eeuwfeestviering, is de voormalige synagoge gevuld met Joodse nabestaanden, hooggeplaatste personen van Joodse en niet-Joodse afkomst. De plaquette heeft de functie van grafzerk voor alle vermoorde Goudse Joden gekregen, zoals opperrabbijn Jacobs dit zo treffend noemt. De synagoge is immers het hart van het religieuze Joodse leven!
De Goudse VVV heeft deze plaquette en de geschiedenis ervan opgenomen in de stadswandelingen.
Elk jaar wordt op 4 mei een korte herdenking bij de plaquette gehouden.
Ralph Prins heb ik gekend, hij was -evenals ik- ook oud-student aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag.
En hij was vaak in staat om een beeld te maken dat kernachtig zou beklijven.
Ik vind dit monument prachtig en het doet op een kernachtige manier recht aan de trieste geschiedenis van onze Joodse medeburgers.